Planten
Start Materialen Vissen Visziekten Planten Links Credits Evaluatie

 

Wat bepaalt de fascinatie van een aquarium? Als U het eens vraagt aan iemand, die diep in gedachten verzonken, een aquarium bekijkt, zult U vaak volgend antwoord krijgen: het is op de één of andere manier alles samen, de kleuren en de bewegingen van de vissen, het verzadigde groen en de vormen van de waterplanten.

Bij een optimaal functionerend aquarium horen gezonde en goed groeiende aquariumplanten! Spijtig genoeg worden de planten vaak nog altijd als decoratie materiaal beschouwd, dat er op de één of andere manier bijhoort. Niets is minder waar.

De daadwerkelijke prestaties van deze planten zijn ongelooflijk veelvoudig en dwingend noodzakelijk voor een goed functionerend aqua-systeem.

Anubias barteri

Laten we nu stap voor stap de behoeften van onze aquariumplanten eens bekijken.

1. Het Water:

In onze aquariums verzorgen we vissen, die een ‘tropische’ temperatuur van 23°C en 26°C nodig hebben. De keuze van de waterplanten zou zo moeten zijn dat het temperatuuroptimum van deze planten in dit bereik ligt. Natuurlijk moet het water zuiver zijn, zodat de leefomstandigheden voor planten en vissen optimaal zijn. De aanbevolen waterwaarden zijn (richtwaarden): Temperatuur: 23°C en 26°C

PH-waarde: 6,5 – 7,4

Totale hardheid (GH): 6 – 16° dH

Carbonaathardheid (KH): 4 – 10° dH

Ammoniak: 0,0 mg/l

Nitriet: < 0,1 mg/l

Nitraat: tot 25 mg/l

Natuurlijk functioneert een aquarium ook in lichtjes afwijkende omstandigheden, weliswaar niet optimaal.

De waterwaarden kunnen snel en correct bepaald worden met testsets en, of meettoestellen.

 2. De Verwarming:

De optimale verwarmingsmethode voor een al dan niet beplant aquarium is een laagspanning bodemverwarming. Het water circuleert door de bodemgrond en de plantenwortels worden steeds goed met zuurstof en voedingsstoffen voorzien. Ze zullen ook geen last meer hebben van "koude voeten".

De bodemgrond wordt op deze manier een biofilter met een reusachtige oppervlakte.

3. Waterbereiding:

In ons leidingwater bevinden enkele stoffen die gevaarlijk kunnen zijn voor onze vissen en planten. Chloor, dat gebruikt word om ons leidingwater te ontsmetten, zware metalen afkomstig van de leidingen, overschotten aan pesticiden, enz.

Reeds in kleine hoeveelheden zijn deze stoffen schadelijk voor onze waterwereld. Zodat we met behulp van toevoeging van een waterpreparaat (vb. AquaSafe) bij een nieuwe installatie of bij een waterwissel een vis- en plantvriendelijk water scheppen. Een goed werkend filter kan ook veel van deze schadelijke stoffen verwijderen. Ook bestaan er filters die door middel van een gebakken actieve koolkaars naast mechanische overschotten ook schadelijke stoffen en kiemen uit het leidingwater verwijderen.

4. Licht:

Planten hebben licht nodig om de fotosynthese te kunnen laten gebeuren. Hierbij ontwikkelen ze uit koolstofdioxide, water en licht een hoogwaardige suiker namelijk glucose. Deze glucose dient als grondstof voor de verdere stofwisseling van de planten. Vermits de meeste, door ons gehouden, aquariumbewoners uit heldere tropische regio’s stammen en, in vergelijking, in donkere woningen staan, moet er gezorgd worden voor bijkomend licht. Er staan ons meerdere verlichtingssystemen ter beschikking. Zodat alle wensen van verpleegde en verpleger vervuld kunnen worden. Een belichtingsduur van 8 – 9 uur is voor de meeste aquaria voldoende. Bij langere belichtingstijden is er gevaar voor algenvorming. Een tijdsklok geeft hier veel gemak en het nodige constante ritme. (Denk maar aan de overgang van zomer- naar wintertijd en omgekeerd).

In de tropen is een dag weliswaar 12 uur lang, maar omwille van de vlakke invalshoek bereiken de eerste en laatste zonnestralen de waterplanten helemaal niet. Als maatstaf voor de belichtingssterkte in een zoetwateraquarium mag men 0,3 Watt per liter aquariumwater tellen.

 5. Plantenmest:

Bij het bemesten van planten bestaat er een eenvoudige regel:

De vat – regel:

Stelt U zich een houten vat voor met spanten van verschillende lengten. (De spanten zijn de verscheidene voedingsstoffen). Laat nu water in dit vat lopen. Het water zal

Slechts stijgen tot de kortste spant. Exact zo is de verhouding tussen plantengroei en voedingsstoffen. Zodra een voedingsstof opgebruikt is, groeit de plant niet meer verder, alhoewel de andere voedingsstoffen nog voldoende beschikbaar zijn. Hieruit blijkt dat een afdoende en continue bemesting belangrijk is.

Voor overmatige algengroei als gevolg van een groot voedingsstofaanbod, moet U bij een gezonde plantengroei en juiste bemesting niet bevreesd zijn.

Meststoffen voor aquariumplanten zijn zo samengesteld dat ze slechts geringe stikstofverbindingen bevatten. Bovendien gebruiken goede en krachtig groeiende aquariumplanten de voedingsstoffen zo snel, dat de algen zich langzamer ontwikkelen en zodoende in het nadeel zijn ten opzichte van de waterplanten.

6. IJzer:

IJzer is voor planten zeer belangrijk, daar dit nodig is bij de opbouw van het bladgroen (Chlorofyl). Zonder dit bladgroen is er ook geen fotosynthese mogelijk. Planten met een tekort aan ijzer herkennen we aan de geelachtige, doorzichtige bladeren.

Enkele vormen van ijzerbemesting zijn:

Een sterk ijzerhoudende bodemgrond mengen in de normale bodembedekking. Dit is de meest overeenkomende manier met de natuur.

Via toevoeging van vloeibaar ijzermest aan het water.

 Het probleem is dat driewaardig ijzer niet oplosbaar is in water. Het tweewaardig ijzer geoxideerd wordt en dus vaker moet bijgevuld worden. Bij hoogwaardige ijzermeststoffen wordt het ijzercomplex gebonden zodat het niet onmiddellijk uiteenvalt. Deze complexen worden door de micro-organismen langzaam afgebroken zodat de bemesting gelijkmatig verloopt. Een richtwaarde voor het ijzergehalte in ons aquarium ligt rond de 0,1 mg.

7. Koolstofdioxide (CO2):

Koolstofdioxide is de belangrijkste plantenvoedingsstof. Zoals eerder reeds vermeld, bewerkstelligen de planten uit water en koolstofdioxide, onder invloed van het zonnelicht, energierijke verbindingen. Daarom is een goede verzorging van onze waterplanten een belangrijke basisvoorwaarde voor gezonde en krachtige planten. Dit onderdeel zal in een volgend artikel verder uitgewerkt worden.

8. De prestaties van de planten:

Nadat U gelezen hebt, wat onze aquariumplanten allemaal van U verwachten, is het de hoogste tijd om eens te kijken wat we hiervoor in de plaats krijgen. En vooruitlopend kan ik U nu reeds zeggen dat U bij deze "handel" geen slechte zaak hebt gedaan.

9. Zuurstofproduktie:

Planten produceren bij de fotosynthese zuurstof als ‘afvalproduct’. Deze zuurstof wordt door micro-organismen, vissen en planten (‘s nachts) verbruikt. Als gevolg daarvan is het zuurstofgehalte ‘s morgens lager dan ‘s avonds, omdat de planten in de loop van de dag terug zuurstof zullen aanmaken.

In een goed aangelegd en beplant aquarium ligt de zuurstof – verzadiging ‘s morgens om en bij de 60 à 70 % (5 – 6 mg/l) en ‘s avonds bij de 100% (8 – 10 mg/l).

Planten voorzien een aquarium wezenlijk beter van zuurstof dan bvb. een luchtsteentje. Zuurstof wordt ook via de wortels afgegeven, zodat de bodemgrond gelucht wordt en er zich geen vuile zones kunnen vormen.

10. Afbraak van schadelijke stoffen:

Een ander essentieel bestanddeel van plantenvoeding zijn stikstofverbindingen, zoals nitraat. Dit ontstaat als afbraakproduct uit de uitscheidingen van vissen en ander bio – afval, zijnde voedselresten, afgestorven plantendeeltjes, enz.

Een te hoog nitraatgehalte in het water (vanaf 50 mg/l) is schadelijk voor onze vissen en zal de algengroei ten goede komen. Gezonde planten onttrekken nitraat aan het water en verbeteren aldus de milieuvoorwaarden in het aquarium. Een regelmatige, gedeeltelijke waterwisseling vermindert bovendien het gehalte aan schadelijke stoffen en verbeterd de levensvoorwaarden voor vissen en planten. Een goede maatstaf is wekelijks ¼ van het aquariumwater verversen. (Dit is niet gelijk aan ¼ van de hoogte van het aquarium).

Deze manier van water verversen is veel beter dan eenmaal per maand de vissen en planten met een radicale kuur af te schrikken. Optimaal voor de planten en vissen in het aquarium is nog altijd de "dagelijkse emmer" vers water.

Het gebruikte water is ideaal geschikt als gietwater voor de kamerplanten.

11. De optiek:

Infectiedruk, afbraak van schadelijke stoffen, zuurstofproductie, enz.

Allemaal voordelen, maar voor ons, aquariumliefhebbers, is het resultaat van dit alles nog het mooist.

Een aquarium met diepgroene, dichtgroeiende planten ziet er ‘klasse’ uit!

Naast de weldoende, rustgevende werking (groen wordt door het menselijk oog het best waargenomen en werkt tegelijkertijd rustgevend op ons gemoed) scheppen dichte plantenbestanden schuilhoeken voor jonge vissen of zwakkere dieren en territoriumgrenzen voor de "macho’s" onder onze zorgelingen.

 

Koolstofdioxide (CO2)

1. Plantenvoedingsstoffen:

Koolstofdioxide (CO2) is de belangrijkste voedingsstof voor planten. Landplanten halen het nodige CO2 uit de lucht, waar het CO2-gehalte bijna altijd constant blijft. Het gehalte aan koolstofdioxide in het water is echter niet constant en kan zelfs zeer extreem schommelen. Dit vergt een bijzondere aandacht voor de verzorging van onze waterplanten in het aquarium.

Alle hogere planten vervaardigen uit water en CO2, onder invloed van de zonne-energie (licht) een hoogwaardig suiker. Dit proces, grondsteen voor alle leven op onze planeet, noemt men fotosynthese (Grieks photos = licht en syn = samen). Als ‘afvalproduct’ ontstaat bij de fotosynthese de voor dieren en planten levensnoodzakelijke zuurstof. In grotere wateren is voldoende vrije CO2 voor de fotosynthese voorhanden. Bevoorrading door alle in het water levende zuurstofverbruikers, zoals onze vissen en micro-organismen, is gegarandeerd. Hier zorgt de natuur zelf voor haar evenwicht.

In vergelijking met natuurwateren leven in onze aquaria talrijke vis- en plantensoorten in een ‘biotopische plas’. Meestal is de verhouding tussen vissen en planten verschoven ten nadele van de planten.

Een dichte beplanting en een gebalanceerd visbestand garanderen een gunstig evenwicht der krachten en optimale levensvoorwaarden voor zowel vis als plant.

2. Welke zijn nu de oorzaken van een schaarse plantengroei?

Onvoldoende belichting

Verkeerde bodemgrond

Te weinig water ververst

Geen plantenbemesting

Als u al deze factoren bedacht en optimaal uitgewerkt hebt, en de planten in uw aquarium toch nog verkommeren en wegkwijnen, is er onvoldoende vrije koolstofdioxide (CO2) in het water aanwezig. Hier is een CO2 bemesting noodzakelijk. Herinner u hier aan een vorig artikel in verband met de "Vat-regel". De ontbrekende ‘houtspant’ is hier koolstofdioxide.

Bij een voldoende koolstofdioxide gehalte verloopt de fotosynthese van de waterplanten op volle kracht. De planten groeien goed, zijn sterk en produceren zo ook meer zuurstof. Hun volledig "systeem" verloopt vlotter en gelijkmatiger. Naast de bevordering van de plantengroei bewerkstelligt het CO2 in uw aquarium nog andere belangrijke verbeteringen.

CO2 verhindert het uiteenvallen van de in het water opgeloste kalkverbindingen. Echter hoe hoger de carbonaathardheid (KH), des te meer koolstofdioxide moet er toegevoegd worden om ontkalking te voorkomen. (En zo de vervelende kalkaanslag voorkomen).

CO2 doet de PH-waarde zakken. Dit gebeurt doordat de koolstofdioxide in water naar koolzuur kan reageren. Hiermee moeten we rekening houden wanneer we een CO2 installatie gaan aanschaffen (bij de volledig automatisch gestuurde CO2 installatie van Sera hoort ook een PH regelaar, deze zal de PH waarde van uw aquarium volgens hetzelfde principe als in de natuur constant houden).

3. De CO2 behoefte van uw aquarium:

De behoefte aan koolstofdioxide hangt volledig af van de beplanting, het visbestand, de waterwaarden en de algemene toestand van het aquasysteem. Een juiste opgave is dus niet mogelijk, zodat ik hier dan ook maar een richtwaarde kan geven. Deze waarde ligt volgens verscheidene bronnen tussen 1 à 2 gram CO2 per dag per 100 liter aquariumwater.

De volautomatische CO2 installatie van Sera zal steeds de juiste hoeveelheid CO2 aan uw aquarium toevoegen.

4. Vrijgekomen gassen in het water:

De belangrijkste vrijgekomen gassen in ons aquarium zijn, voor de aquariumwetenschap, zuurstof en koolstofdioxide. Beiden hebben belangrijke functies bij de stofwisselingsactiviteit van vissen en waterplanten. Ze staan in een voor ons, aquariumliefhebbers, vaak noodlottige wisselwerking. Laat mij dit even op deze ‘grijze theoriepagina’ verduidelijken.

Koolstofdioxide is een kleurloos en reukloos gas dat zeer goed oplosbaar is in water. De atmosfeer bevat 0,33 % koolstofdioxide. Het is ook zo dat koolstofdioxide ongeveer 35 maal beter oplosbaar is in water dan zuurstof.

Zuurstof (O2) is eveneens kleurloos en reukloos maar wel voor 21 % in onze lucht aanwezig.

Zoals eerder vermeld spelen deze beide gassen een zeer belangrijke rol in onze aquaria.

Wanneer we nu lucht in ons water gaan inbrengen, ontstaat er na korte tijd en onafhankelijk van de temperatuur een schijnbaar evenwicht. Schijnbaar, omdat het hier niet gaat over een ‘vaste’ waarde, maar wel over een ‘onbesliste’ waarde. Er zal evenveel gas uit de lucht aan ons water afgegeven worden als dat er weer aan ontsnapt.

Bij 20°C zal er ongeveer 9,2 mg/l zuurstof en 0,5 mg/l koolstofdioxide in het water vrijkomen.

5. Zuurstofverbruikers:

Vissen, planten en micro-organismen hebben voor hun stofwisseling zuurstof nodig. De kleinsten zijn hier de grootste zuurstofverbruikers. Een aëroob werkende filter, daar waar zuurstofbehoevende micro-organismen in huisvesten, is de zuurstofverbruiker bij uitstek in ons aquarium. De zuurstof wordt door de planten als afvalproduct van de fotosynthese geleverd. Dit functioneert natuurlijk alleen bij een gelijkmatige vis – planten verhouding. Bij aquaria met prioriteit op het visbestand (vb. kweekaquaria, cichlidenbezetting) wordt een bijkomende beluchting of sterke oppervlaktebeweging aanbevolen.

6. Koolstofdioxideverbruikers:

De hoofdconsumenten van koolstofdioxide zijn onze waterplanten, waarvoor dit gas de belangrijkste voedingsstof is.

Bij de fotosynthese ontwikkelen deze waterplanten uit water en koolstofdioxide, onder inwerking van licht, hoogwaardige organische substanties (vb. glucose).

Deze fotosyntheseschijf is afhankelijk van factoren zoals belichtingsduur, sterkte van het licht, spectrum van het licht, het aanbod van voedingsstoffen en temperatuur.

 Een andere, belangrijke, CO2 verbruiker is het gasverlies dat we krijgen door een sterke oppervlaktebeweging of bijkomende beluchting. Hierbij wordt het lucht – water contactoppervlak vergroot. Zo kan het koolstofdioxide gehalte ongeremd tot op zijn evenwichtswaarde van 0,5 mg/l zinken.

In aquaria met sterke plantengroei wordt vaak meer koolstofdioxide verbruikt dan de hoeveelheid die de micro-organismen en vissen kunnen aanvoeren. Door het koolstofdioxideverbruik van de planten daalt de carbonaathardheid wat tot sterke en ongecontroleerde PH-schommelingen kan leiden (Biogene ontkalking).

Hier is een CO2 bemesting nodig.

Dit artikel heeft niet de bedoeling of de pretentie van volledig te zijn. Toch hoop ik dat de interesse gewekt is. Zodat U zich verder kan verdiepen in deze uitgebreide materie.  

      

Klik hier om terug te gaan naar de top 

   

            

Indien u mij wil mailen:  Chris_Ceulemans@hotmail.com   of  Coekaerts-Philippe@belgacom.net